Oekraïne: een volk dat lijdt onder een acht jaren durend conflict

11/02/2022 Leuven – Ondanks moeilijkheden en ontberingen belooft de Kerk haar gelovigen niet in de steek te laten, wat er ook mag gebeuren, net zoals zij bij hen is gebleven op de Krim en in Oost-Oekraïne.

De leider van de grootste Grieks-katholieke Kerk ter wereld riep afgelopen vrijdag tijdens een persconferentie van Kerk in Nood op om een einde te maken aan wat hij de ‘afgoderij van het geweld’ noemt.

Grootaartsbisschop Sviatoslav Shevchuk van de Grieks-katholieke Kerk van Oekraïne sprak over de gevolgen van het acht jaren durende conflict, dat momenteel in een escalatiefase verkeert, voor de Oekraïense bevolking en over de manier waarop de Kerk reageert op de noden van het land.

“Met gebed en internationale steun kunnen we ‘nee’ zeggen tegen geweld, ‘nee’ tegen oorlog. Er is een nieuwe afgoderij van geweld aan het ontstaan in de wereld en als christenen moeten we ‘nee’ zeggen tegen geweld, ‘nee’ tegen militaire actie. Dialoog, samenwerking en solidariteit kunnen ons helpen om moeilijkheden en problemen in de wereld van vandaag te overwinnen.”

“Ons eerste antwoord is gebed. Zo stoppen Oekraïense katholieken elke dag om acht uur ‘s avonds Oekraïense tijd (19u Midden-Europese tijd) met alles en bidden samen de Rozenkrans. Als het mogelijk is, doe dan met ons mee in dit gebed voor de vrede in Oekraïne.”

Grootaartsbisschop Sviatoslav Shevchuk

Grootaartsbisschop Shevchuk betreurt het dat in het huidige klimaat in de regio de wil om een gevaarlijke escalatie van dit militaire conflict te voorkomen, wordt verward met lafheid. “Als je probeert een dialoog tot stand te brengen, word je als zwak beschouwd, zelfs als je de wens uitdraagt om escalatie te voorkomen. In cultureel, religieus en politiek opzicht moeten we ons verzetten tegen het gebruik van geweld als instrument.”

Het Oekraïense volk lijdt onder wat hij een hybride oorlog noemt. “We concentreren ons vaak op de honderdduizend soldaten en het militaire materieel dat aan onze grens is verzameld, maar de militaire kant is slechts één aspect. De andere zijn misinformatie en propaganda, politieke escalatie en economische escalatie,” zegt hij, ook verwijzend naar de schadelijke psychologische effecten van voortdurende berichtgeving in de media op de Oekraïense burgers. Zelfs als de militaire invasie nooit plaatsvindt, hebben de Oekraïners nu al te lijden onder de gevolgen van deze situatie.

Een voorbeeld van verkeerde informatie, legt de aartsbisschop uit, is de afschildering van het religieuze landschap in Oekraïne als zijnde getekend door conflict. “Orthodox, protestant of katholiek, we zijn heel erg verenigd in de steun aan ons volk. Wij hebben dezelfde boodschap van vrede. Religieuze eenheid in Oekraïne is een zaak van nationale veiligheid. Er is geen religieuze oorlog in Oekraïne. Er zijn verschillende standpunten, enige verdeeldheid onder de orthodoxen, maar onder de mensen, ongeacht welke overtuiging, is er geen verdeeldheid.”

Een voorbeeld van deze realiteit op het terrein is dat, hoewel katholieken slechts elf procent van de Oekraïense bevolking uitmaken, paus Franciscus alom wordt gewaardeerd door de Oekraïners.

“Paus Franciscus geniet veel vertrouwen in de Oekraïense samenleving, ook al is de meerderheid van de bevolking niet katholiek,” verklaart aartsbisschop Visvaldas Kulbokas, de huidige apostolisch nuntius in Kiev, die ook spreker was op de persconferentie.

De vertegenwoordiger van de Heilige Stoel in het land zegt dat de herhaalde oproepen van de Paus voor vrede en begrip in Oekraïne de harten van de gewone Oekraïners raken, ongeacht hun religieuze overtuiging. Velen wachten en hopen op een pauselijk bezoek aan het land in de nabije toekomst. “Ik hoop dat zo’n bezoek spoedig mogelijk zal zijn. In deze dagen verandert de situatie zo snel, maar zodra de Paus een beslissing neemt over het tijdstip, zullen wij er klaar voor zijn. We hebben nog niets gehoord en het is zijn persoonlijke beslissing, maar we wachten af en hopen,” legt hij uit.

 

 

De Kerk laat het volk niet in de steek

Naast de oorlogsdreiging hebben de Oekraïners ook te maken met een falende economie en een energie- en gascrisis die de hele samenleving raakt, ook priesters en leden van religieuze ordes. Een deel van de reactie van de Kerk is geweest om mensen te helpen alternatieve manieren te vinden om hun huizen in de winter te verwarmen, om een te grote afhankelijkheid van Russisch gas te voorkomen.

Het zwaarst getroffen zijn de mensen die in het oosten van het land wonen, waar het militaire conflict niet langer een dreiging is, maar een acht jaar oude realiteit. “Ik wilde Donetsk en Luhansk bezoeken, maar ik kreeg te horen dat dit misbruikt zou kunnen worden voor propaganda of gezien zou kunnen worden als een provocatie. Voorlopig heb ik het bezoek uitgesteld. Ik lijd hieronder omdat zij volledig geïsoleerd zijn,” aldus nuntius Visvaldas Kulbokas.

Sommige katholieke organisaties, zoals Caritas, zijn ter plaatse actief en ook Kerk in Nood verleent al enkele jaren hulp om de katholieke Kerk te helpen vluchtelingen, armen, priesters en religieuzen, die meestal ook onder de armoedegrens leven, te ondersteunen.

“De meeste mensen in het gebied Donetsk en Luhansk zijn ouder dan 65 en zij zijn vandaag niet in staat om hun pensioenen te ontvangen. We hebben dus te maken met een ernstige humanitaire crisis in dit gebied en de hulp wordt steeds moeilijker. De priesters zijn unieke bemiddelaars die kunnen reizen en enkele goederen kunnen meenemen,” verklaart grootaartsbisschop Shevchuk.

“Ook al zijn veel gelovigen geëmigreerd,” voegt hij eraan toe, “het aantal aanwezigen bij de Heilige Mis is niet afgenomen. De mogelijkheid om hun priesters bij zich te hebben is van levensbelang. De priesters die bij onze mensen blijven, zijn de helden van onze tijd. Zij zullen niet weglopen. Wij zullen bij onze mensen blijven, zoals wij op de Krim zijn gebleven.”

Zichtbaar ontroerd door deze getuigenis sloot de uitvoerend voorzitter van Kerk in Nood, Thomas Heine-Geldern, de persconferentie af met de belofte dat Kerk in Nood hulp zal blijven bieden aan de Kerk in Oekraïne. “Wij zullen degenen die bij hun volk blijven, blijven steunen,” zei hij.

 

 

Kerk in Nood begon haar steun aan de Oekraïense christenen in ballingschap in 1953. Na het wettelijke herstel van de Kerk in 1990, na jaren van vervolging, was de hulp van Kerk in Nood van cruciaal belang om het kerkelijk leven weer op te bouwen. Kerk in Nood heeft momenteel veel projecten in Oekraïne. De organisatie steunt de vorming van ongeveer 900 seminaristen van beide ritussen, de Latijnse en de Oosterse, naast het onderhoud en de restauratie van seminaries, kerken en kloosters. Er wordt ook speciale steun verleend aan leden van religieuze ordes die de armen en behoeftigen ter plaatse helpen met materiële, financiële en geestelijke steun.

We gebruiken cookies op deze website. Indien u doorgaat gaan we er vanuit dat u deze toestaat.

Doe een gift

Schrijf me in voor de digitale nieuwsbrief

Voor een goed databeheer hebben we deze gegevens nodig. Ons privacybeleid