Centraal-Afrikaanse Republiek: Kerk in Nood keurt uitzonderlijke noodhulp goed voor het bisdom Bangassou

22/06/2018 Leuven – Sinds december 2012 wordt een groot deel van de Centraal-Afrikaanse Republiek geteisterd door een hevige oorlog waarbij de islamitische Selekamilities en de niet-islamitische Anti-balakamilities elkaar gewelddadig bekampen en de burgerbevolking in een horrorscenario onderdompelen.

Na de bedreigingen, de brutale agressie en het platbranden van talrijke dorpen in het bisdom Bangassou, heeft bisschop Juan José Aguirre beslist om de katholieke scholen opnieuw te openen. De pauselijke stichting en katholieke hulporganisatie Kerk in Nood ondersteunt dit noodhulpproject.

Om de scholen te kunnen heropenen, moeten de gezinnen die in de jungle of naar het buurland Congo gevlucht zijn toen hun dorpen werden platgebrand en met de grond gelijkgemaakt niet alleen hun huizen maar ook het gemeenschapsleven opnieuw opbouwen. “Wij zijn van mening dat het voor hen een grote hulp zou zijn indien wij hen stro ter beschikking zouden kunnen stellen, een essentieel bouwmateriaal dat bijzonder moeilijk te vinden is, maar dat ze heel dringend nodig hebben“, aldus bisschop Aguirre.

Ondanks het sluimerende gevaar hebben de priesters al enkele van de vernielde dorpen bezocht om les te geven aan de zowat 2.000 geregistreerde scholieren. Om te verzekeren  dat de scholen normaal functioneren, zitten kinderen van alle religieuze gemeenschappen samen in dezelfde klassen. Er wordt gehoopt dat dit de ouders ertoe zal aanzetten om te maken dat hun kinderen in de toekomst op de eerste plaats komen en het aanslepende conflict te beëindigen. “Wij denken dat dit project ertoe kan bijdragen om de sociale samenhang tussen de leden van alle religies in het bisdom te versterken”, benadrukt bisschop Aguirre tegenover Kerk in Nood.

De financiële ondersteuning van 22.500 euro, die Kerk in Nood voor dit verzoeningsproject ter beschikking stelt, zal enerzijds worden gebruikt om de lonen van de leerkrachten van acht katholieke scholen te betalen en anderzijds om stro aan te kopen voor de heropbouw van zowat 500 huizen.

Door Robert Lalonde